Van der Ven -
'Dossier T.B. Joshua'
Recensie van Mr. H.P. Medema
in het maandblad Ellips van 3 november 2003
Zo kan het niet!
Beoordeling, onderscheiden wat goed en verkeerd is, is niet alleen een christelijke deugd, maar een noodzaak. Het is iets dat wij
eenvoudig moeten doen: alle dingen te toetsen en het goede te behouden.
Maar in het boek van drs. Van der Ven, Dossier T.B. Joshua, heeft deze iets gedaan dat
volstrekt niet betaamt.
Het punt is niet zozeer dat de auteur zelf niet in Lagos, Nigeria, is geweest om met T.B.
Joshua persoonlijk te spreken en de feiten te onderzoeken. Het is strikt theoretisch denkbaar, en niet principieel onzuiver, zich te
baseren op een testimonium de auditu, indien dit onweerlegbare bewijskracht heeft.
Wat echter buitengewoon ernstig is, en volstrekt te veroordelen, is de manier waarop Van der Ven zijn betoog heeft ingekleed. Hij
heeft gekozen voor de vorm van literaire fictie en introduceert een verteller, de ik-figuur, die lijdt aan een levensbedreigende
ziekte. Hij wordt gevraagd te participeren in een onderzoekscommissie die tot taak heeft de feiten rondom T.B. Joshua te achterhalen.
Aan ons worden echter alleen de feiten uit het dossier à charge getoond, niet die à décharge. Dat brengt het onderzoek zeker niet
in balans, maar zelfs als men dat zou aanvaarden, is er nog iets ernstigers aan de hand. De auteur neemt, door de gekozen literaire
vorm, afstand van de ik-figuur, en deze verteller staat zelf weer op een afstand van de commisie en de daarvoor verschijnende
getuigen. Hetgeen betekent dat de auteur nergens onomwonden positie bepaalt ten aanzien van de beschuldigingen die in dit boek de
revue passeren.
Terwijl die beschuldigingen een ongelofelijke ernst hebben. Scherper kan een aanklacht haast niet zijn, als wij deze formuleringen
althans niet als fictioneel, maar als reëel beschouwen. Dan is het punt in geding: ófwel TBJ is een Godsgezant, ófwel hij is een
afgezant van Satan; als hij niet een van de meest krachtige getuigen van Christus is, dan is hij de tot dusver meest manifeste
verpersoonlijking van de antichrist. Een middenweg is niet denkbaar.
Het uiten van zulke beschuldigingen zou uiteraard nimmer verboden moeten worden, want er zijn vele antichristen in de wereld. Maar het
zou verboden moeten worden om aanklachten op deze wijze in te kleden.
Wat is dan de eenvoudige test? Wie de bediening van TBJ bijbels wil beoordelen, behoeft niet per se over alle theologische, medische
en feitelijke dossiers te beschikken, plus de deskundigheid om deze te beoordelen. Het is voldoende om te weten wat de uitwerking van
zijn bediening is. Zodra ik zou merken dat mensen die onder zijn bediening vandaan komen, de zonde meer gaan liefhebben en de Here
Jezus Christus gaan haten, zal ik geloven dat hier machten van de duisternis werkzaam zijn.
Zolang ik merk dat mensen die onder zijn bediening vandaan komen, meer het beeld van Christus vertonen in hun leven en de zonde gaan
haten, ga ik er met vreugde vanuit dat dit een werk is van Gods Heilige Geest. Waarmee dat werk niet boven alle kritiek staat, want
niets op aarde is perfect.
Maar de toets die Van der Ven toepast, is volstrekt onaanvaardbaar.
Mr. H.P. Medema
N.a.v.: R. van der Ven, Dossier T.B. Joshua: Genezing in breder perspectief,
Amsterdam: Buijten & Schipperheijn 2003.
Controleer... of deze dingen zo zijn:
Lees de recensie van Ds. W. Smouter...
Lees de recensie van Henk P. Medema...
Lees
de analyse van Willem J. Ouweneel over de Bediening Van Achterdocht...
Meer links over T.B. Joshua...
Home | Granel.org | Hinn
| Geelhoed | Ouweneel | Van der Ven | T.B.Joshua
|